Artikels

'thanasia°' 'tachythanasia°':

acute sterfte, dood, mort, mortalité.

Dit symptoom kan alleenstaand zijn, zonder prodromale fase. In andere gevallen is de dood gemakkelijk verklaarbaar door de pathologie. Er dient een onderscheid gemaakt te worden tussen, acute sterfte (binnen de 24 uur na verschijnen van symptomen) en onvoorziene sterfte. Verkeerdelijke interpretative van acute sterfte kan onderkend worden door analyse van de algemene toestand van het dier: slechte toestand wijst op onachtzaamheid van de eigenaar. Goede voedingstoestand, daarentegen is indicatief voor acute sterfte. (631)

ETIO:

1. Acute sterfte (bijna) zonder voorafgaande symptomen: onvoorziene sterfte
(gen)

  • acute zware infectie: peritonitis, salmonella.

    • acute pancreatitis (can)(hum) gaat gepaard met een hoge acute mortaliteit; kenmerkend is de intense abdominale distensie en pijn.
  • zware parasitaire infectie bij jonge dieren
  • hartfalen:
    • ventriculaire fibrillatie: ingeval van primaire ritmestoornissen kunnen zelden letsels gevonden worden op het hart bij lijkschouwing behalve ingeval van secundaire fibrillatie (hartinfarct);
    • dilatorische cardiomyopathie.
    • hypertrofische cardiomyopathie;
    • myocarditis kan ritmestoornissen veroorzaken met ventrikelfibrillatie;
    • hemopericard en hydropericard, en hun etiologie kunnen ook onvoorziene sterfte veroorzaken, zelfs wanneer de letsels langere tijd en symptoomloos aanwezig zijn; de diagnose gebeurt macroscopisch bij autopsie
    • myocardinfarct
  • vaatstoornissen en interne bloedingen:
    • verhoogde bloeddruk en consequenties (infarcti);
    • pulmonalisstenosis; subaortastenosis; tetralogie van Fallot; ductus arteriosus persistens;
    • microangiopathia;
    • thrombosen; pulmonaire thrombi of thromboemboliën in grote longbloedvaten; kleinere thrombi hebben meestal geen gevolgen door de uitgebreidde collateral circulatie. Bij autopsie moet er wel rekening mee gehouden worden dat postmortaal snelle lyse van de thrombi ontstaat. Thrombi veroorzaken evenwel hemorragische infarcti op de rand van de longkwabben.
    • pneumoragia (longbloeding);
    • maagulcus of maagtumor met massale bloeding (hum) (can) (bov) (sui) (equ)
    • aneurisma ruptuur en interne bloeding (aorta, intracranial);
    • trauma van de lymphevaten met druk op hart en longen; miltruptuur met interne bloeding;
    • cerebrovasculair accident (hum), zowel obstructive letsels als thromboemblia, ruptuur van een hersenbloedvat of intracraniale bloeding; de sterfte kan veroorzaakt zijn door hartritmestoornis.
    • hemangiosarcoma kan hemopericard veroorzaken, maar ook leegbloeden in de peritoneale (miltbloeding) of thoracale holtes.
    • diffuse intravasale stolling: verschillende ziekten kunnen aan de basis liggen van dit verschijnsel; de sterfte wordt veroorzaakt door uitval van de functie van diverse vitale organen en acute shock. De diagnose wordt gesteld door histologisch aantonen van microthrombi in de weefsels van hart, hersenen, nieren. Ook de aanwezigheid van een hemorragische diathese kan het vermoeden doen rijzen.
  • hyperacute diarrhea met massale deshydratatie, intoxicatie. Sterfte soms vòòr de eerste ontlasting.
  • glottishydrops: oedeem van de glottis en pharynx, maar ook verslikken van voedselproppen in de trachea, larynxcollapsus bij brachycephale rassen kunnen acute sterfte veroorzaken door suffocatie; alhoewel de ademnood spectaculair is, kan het fataal voorval in alle eenzaamheid plaatshebben; cyanose is dan weliswaar pathognomisch.
  • verstikking ten gevolge van obstructie van de bovenste luchtwegen door een vreemd voorwerp, of voedsel tijdens een maaltijd, of maaginhoud na braken. De diagnose vraagt openen van de bovenste luchtwegen, en grote bronchen.
  • intoxicaties met acute afloop:
    • organocarbamaatesters (can)(fel): voorafgegaan door convulsie, soms zijn roze granules terug te vinden in de maag (640)
    • intoxicatie met anticoagulantia, enkel in zeer hoge dosis veroorzaakt een dodelijke bloeding
    • strychnine is moeilijk te verkrijgen, en sterfte treedt op na een hevige doodstrijd.
    • metaldehyde, slakkenbestrijdingsmiddel: veroorzaakt convulsies, zenuwsymptomen en acute sterfte bij voldoende hoge dosis. Typisch is de formolgeur en eventueel de blauwe kleur van de korrels in de maag. De intoxicatie komt enkel voor bij dieren, aangezien, uitgezonderd kleine kinderen, geen mens deze gesuikerde lekkernij gaat opnemen. (641)
    • koolstofmonoxide intoxicatie behoort tot de meest belangrijke stille doders.
    • intoxicatie: As, organochloorverbindingen
  • fysische oorzaken: stompe traumata (aanrijding) laten soms geen opvallende sporen na en kunnen de oorzaak zijn van acute sterfte door inwendige bloeding door miltruptuur, leverruptuur. Sommige schotwonden, vooral kleine kalibers, laten enkel een discrete ingangsopening na verborgen in het haarkleed. Hitteslag, electrocutie, verbliksemen behoren tot de mogelijke aandachtspunten.
  • Iatrogeen: overdosering van insulin veroorzaakt sterfte door hypoglycemia. (hum):
  • de meest voor de hand liggende oozaken van onvoorziene sterfte bij de mens zijn: myocardinfarct, aorta aneurisma ruptuur, cerebraal vasculair accident
  • acute sterfte bij jonge mensen, jonge athlete, is frequent, en wordt veroorzaakt door hartstoornissen: zowel, cardiomyopatiën, allerlei ritmestoornissen, aortaruptuur (642)
  • het syndroom van Brugada: is een erfelijke arytmie, met onvoorziene sterfte met een incidentie van 0,5 per 1000 en hoogste prevalentie in zuid-oost Azië
  • commotio cordis, is een ventrikel fibrillatie ten gevolge van een schok ter hoogte van de borstkas
  • Sudden unexpected death in epilepsy (SUDEP), is een onverklaarbare fatale afloop in epilepsie, de status epilepticus terzijde gelaten. De prevalentie is 1 per 1000 epilepsielijders. (645)
  • wiegendood (sudden infant death syndrome, SIDS): de oorzaak van sterfte van baby’s van een maand tot een jaar kan, na uitgebreid onderzoek, per definitie, niet teruggevonden worden. Wel wordt verondersteld dat onvoldoende ontwikkeling van het ademcentrum aan de grondslag van het gebeuren ligt. (643)
  • pyrosis, gastro-oesophagiale reflux met verslikking en stimulatie van de vagusvezels in de slokdarm.
  • daarnaast is verstikken na verslikking tijdens de maaltijd frequenter.
    (can):
  • ventriculaire fibrillatie bij de jonge duitse herder (632)
    • dilatorische cardiomyopathie bij grote hondenrassen (soms andere rassen), acute sterfte ontstaat door ventrikel fibrillatie die kan optreden tijdens het preklinisch stadium van de ziekte.
    • hypertrofische cardiomyopathie met ventrikelfibrillatie. Diagnose gebeurt door meting van de wanddikte.
    • myocarditis door parvovirus, distemper, caniene herpesvirus, bartonella vinsonii subsp. Berkhoffii (635). Diagnose gebeurt enkel histologisch op de hartspier.
    • subaortastenose is de meest voorkomende congenitale aandoening van het hart bij grote hondenrassen (637), een rigide ring van fibreus weefsel net onder de aortakep bemoeilijkt de uitvloei tijdens de systole met linker harthypertrofie, verhoogde intraventriculaire druk, compressie van intramurale coronairen en onvoldoende oxygenatie va het myocard. Dit kan leiden tot vetriculaire fibrillatie en acute sterfte. Ook pulmonalisstenose behoort tot de mogelijkheden (636)(637)(638)
  • maagtumor en acute bloeding. De mucosae zijn anemisch.
  • volvulus gastri: maagtorsie kan acute sterfte veroorzaken, maar de symptomen van de simultane maagdilatatie zijn overweldigend: door de verhinderde veineuze retour uit de buikorganen ontstaat hypotensie, arythmie, hypovolemische shock; de tympanische toon van de buik is zelfs waarneembaar zonder percussie.
  • enteroxenostasia: intestinaal vreemd voorwerp. Zelden treedt de dood op zonder voorafgaande symptomen, maar het is mogelijk.
  • behoudens algemene symptomen, asthenia, vermageren, vuil haarkleed en klinisch biologische bevindingen, verlopen acute en chronische hepatitis vaak symptoomloos. Normaal heeft icterus nooit de kans om op te treden, aangezien sterfte reeds vroeger plaats grijpt.
  • parvovirosis veroorzaakt enteritis bij pups, maar de acute sterfte is meestal veroorzaakt door intrauteriene myocardits.
  • acute hemorragische enteritis syndroom
  • pyometra wordt vergezeld door symptomatologie en verslechteren van de algemene toestand; een enkele keer kan een septische of endotoxemische shock met hartfalen onvoorziene sterfte veroorzaken, vooral wanneer de achteruitgang van de gezondheidstoestand onopgemerkt voorbijgaat.
  • honden zijn zeer gevoelig voor xanthines in chocolade: acute sterfte kan optreden, zelfs na repetitieve opname van kleinere hoeveelheden (646)(647)(648)
    (fel)
    • hypertrofische cardiomyopathie met ventrikelfibrillatie
      (bov):
  • alleenstaand dier
    • inwendige bloeding
    • ruptuur van maagdarmorgaan
    • trauma met aantasting van hersenen of ruggemerg
    • acute tympanie (rund in abnormal houding gekneld en in de onmogelijkheid te eructeren)
    • iatrogeen: toediening van geneesmiddelen
    • electrocutie, verbliksemen
    • acute abomasitis, lebmaagontsteking bij het kalf
    • hypomagnesemia, grastetanie. Op weiden met jong gras; normaal voorafgegaan door zenuwsymptomen.
    • intoxicatie
    • volvulus, mesenteriumtorsie: de ophangbasis van het mesenterium is zeer smal bij het rund.
  • meerdere dieren
    • verschillende intoxicaties kunnen acute sterfte veroorzaken, simultaan of in reeksen bij verschillende dieren: weidegang is indicatief voor intoxicaties door planten, andere intoxicaties moeten aangetoond worden na stalbezoek en zoeken naar voorwerpen in het bereik van de dieren.
    • clostridium enterotoxemia (postmortem zwellen van het karkas); septicemia; leptospirosis, anthrax, pasteurella
    • plotse overgang naar een andere weide, dieetwijziging (renutrition, emphysème des regains; fog fever)
      (equ):
  • oorzaken van acute, erge koliek
  • ruptuur van een aneurisma van de arteria mesenterica
    (sui):
  • plotse sterfte bij mestvarkens door actinobacillus pleuropneumoniae; brachyspira hyodysenteriae: salmonella typhimurium; lawsonia intracellularis enteritis; bloeding door maagulcus (krijtbiggen); encephalomyocarditis virus;
    • rhabdomyolysis: zie sdr.mot.mus.deg: transport myopathie; acute hartspierdegeneratie
      (ave):
  • hersenletsels: 25% van sterfte bij vogels is veroorzaakt door trauma met hersenbloeding (botsing met vensters, hoge structuren enz.).
  • ingluviumplethora, kropovervulling.
  • kliermaagdilatatie door bornavirus avis: er kan acute sterfte zijn bij aantasten van de sinusknoop in het hart.
  • acute hartsdood bij manipulatie is zeer frequent bij vogels; round heart disease bij kalkoen na inspanning (het hart is bolvormig op lijkschouwing)
    (lag)(rod)
  • dysbacteriosis in het cecum; gastrointestinal syndroom
  • acute enterotoxemia, mucoïde enteritis
    (cam) lama:
  • hyperthermia, warmtestress: hyperventilatie, verhoogde lichaamstemperatuur; belangrijk om rekening mee te houden bij lama’s.
  • clostridium perfringens
    (ich): vissen
  • pacreatitis bij forellen: massale sterfte.
  • ontdooien van ondiepe vijvers na vorst, door zuurstofgebrek veroorzaakt complete sterfte

2. Neonatale sterfte:
(gen)

  • onvoldoende colostrum overdracht, met lage IgG bloedgehaltes bij de neonati/ Men speekt van deficit vanaf 2,3g/l (can), 10g/l (bov), 8g/l (equ), 10g/l /(ovi), 15g/l (sui). Een correcte colostumopname geeft ook een positieve groeicurve van de neonati: nulgroei of gewichtsafname is een teken van onvoldoende colostrumopname, vandaar het belang van weging van de jongen. (535)
    (can): parvovirosis met intrauteriene myocarditis

DIAG:

  • het achterhalen van de oorzaak van acute sterfte wordt vaak gemist omdat: de letsels bij autopsie soms zeer discreet kunnen zijn, enkel histologisch kunnen aangetoond worden, postmortale veranderingen kunnen optreden.
  • buiten lijkschouwing moet een grondige anamnese afgenomen worden alsmede een onderzoek van de omgeving: huiskamer, atelier, garage, weide, stal, openstaande kasten, tuin.
  • moeten zeker uitgevoerd worden:
    • -hydratatietoestand, cyanose, verkleuring van de mucosae
    • -macroscopisch en histologisch onderzoek van het hart
    • -multipele insneden in de long, trachea en bronchen
    • -controle van de maaginhoud, slokdarm, darmen
    • -stuwing van lever, longen, nieren, milt kunnen wijzen op intoxicatie
    • -hemothorax, hemoabdomen, schotwonden zijn opvallend bij openen.